Scholieren helpen binnen het wereldwijde netwerk GLOBE wetenschappers door hun eigen leefomgeving te onderzoeken. Zo'n 30.000 scholen uit 117 landen doen mee.

De scholen ondersteunen NASA met het onderzoek om droogtes en overstromingen te kunnen voorspellen op basis van informatie over de vochtigheidstoestand van de bodem. Met waarnemingen vanaf de grond kan NASA de gegevens die de Soil Moisture Active Passive Mission (SMAP)-satelliet uit de ruimte meet, beter interpreteren. Er zijn ruim 90 scholen (15% van alle middelbare scholen in Nederland) aangesloten bij het GLOBE-netwerk. Zij werken samen met enkele gerenommeerde kennisinstituten waaronder KNMI Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut), RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) en Wageningen UR.

Zelf onderzoek doen in GLOBE-project ‘De levende bodem'

Zo doen HAVO-4 leerlingen van het Wartburcollege Rotterdam in het GLOBE-project ‘De levende bodem' samen met het RIVM bodemonderzoek. Ze onderzoeken hoe gezond de bodem is door de macrofauna te tellen en de bodemademhaling en het gehalte aan organische stof te bepalen. Leerlingen maken zo kennis met het belang van bodemkwaliteit, bodemvruchtbaarheid en biodiversiteit. Maar ook worden zij zich bewust van de belangrijke rol van de bodem en hoe deze de duurzaamheid in de toekomst positief kan beïnvloeden.

Met GrowApp veranderingen in landschap vastleggen 

GLOBE Nederland lanceerde ook een Europese campagne waarbij leerlingen en burgers met hun smartphone veranderingen in het landschap kunnen vastleggen. Hiervoor ontwikkelde GLOBE Nederland een speciale app: de GrowApp. Met deze app kunnen leerlingen en burgers time lapse video's maken waarmee de seizoenveranderingen in hun achtertuin, straat of omgeving zichtbaar worden. Deze data helpt wetenschappers die onderzoek doen naar het effect van veranderingen in weer en klimaat op de natuur en het landschap.

Meer informatie?