Werklandschap van de toekomst

Van betonnen, grijze en deprimerende eilandjes naar groene, gezonde, energie-efficiënte klimaatbestendige werklandschappen van de toekomst. Jelle de Jong (IVN Nederland) en Mark Bode (Rebel Group) vertellen op deze Dag van de Arbeid over hun missie om de komende 9 jaar minstens 1000 bedrijventerreinen te vergroenen in het programma Werklandschappen van de Toekomst.

Veel landen vieren vandaag de Dag van de Arbeid. Deze dag werd op 1 mei 1890 uitgeroepen tot internationale dag om voor betere arbeidsomstandigheden te strijden. Die zijn gelukkig sterk verbeterd de afgelopen twee eeuwen. Alleen, die werkomgeving, die kan en moet echt beter, dacht IVN-directeur Jelle de Jong toen hij op een druilerige ochtend langs een deprimerend bedrijventerrein in Amsterdam-West fietste. “Het was zo’n triest gebeuren” vertelt hij. “Ik zag alleen maar stenen en grijze betonblokken. Geen groen, op wat onkruid tussen de tegels na. Hoe konden mensen hier nu prettig werken?”

Jelle hoorde dat het kabinet 20 miljard uittrok om met het Nationaal Groeifonds de Nederlandse economie een impuls te geven. Hoe mooi zou het zijn als ze een deel van dat bedrag zouden besteden aan de vergroening van bedrijventerreinen? Uiteindelijk wist Jelle dertig partijen te enthousiasmeren: van overheden, koepelorganisaties bedrijven en bedrijventerreinen tot onderwijsorganisaties, hoveniers en NGO’s. Samen werkten ze in 2021 toe naar het kennisprogramma Werklandschappen van de Toekomst met een gemeenschappelijk doel: in negen jaar tenminste 1000 bedrijventerreinen transformeren naar groene, gezonde, energie-efficiënte en klimaatbestendige werklandschappen. Het ministerie van Binnenlandse Zaken diende de aanvraag aan bij het Nationaal Groeifonds. In oktober 2022 maakte de ministerraad bekend dat zij 26 miljoen toekende aan het programma.

Bedrijventerreinen niet toekomstbestendig

Fantastisch nieuws volgens Jelle, maar ook de hoogste tijd. Slechts 1% van de 100.000 hectare bestaat uit natuur. “Veel bedrijventerreinen zijn verouderd en niet toekomstbestendig”, licht hij toe. “Ons klimaat verandert, zomers worden heter en regenbuien zijn heftiger. Door die verstening zijn bedrijventerreinen vaak hitte-eilanden. Als er niets verandert, kan de gemiddelde temperatuur op een zomerse dag op een bedrijventerrein in de toekomst stijgen tot boven de 40 graden Celsius. Bij heftige regenbuien kan het water niet wegvloeien. Daardoor is 87% van de 3.500 bedrijventerreinen gevoelig voor wateroverlast. Dit kan bedrijfsprocessen vertragen of zelfs stil leggen voor een of meerdere dagen. Grijpen we nu niet in, dan wordt de impact van klimaatverandering op bedrijventerreinen en bedrijfsprocessen alleen maar groter."

Bedrijventerrein Hurk in Eindhoven op de Groenkaart en Stedelijk Hitte-eilandeffect op de Atlas Natuurlijk Kapitaal. Een voorbeeld van zo’n versteend bedrijventerrein dat bij warme temperaturen een hitte-eiland wordt. 

Kansen voor alle betrokken partijen

Groen levert diverse ecosysteemdiensten als verkoeling en waterberging. Zo houdt een groen dak bijvoorbeeld 50 tot 70% van het regenwater vast. En gebouwen warmen minder snel op door schaduwwerking, groene daken en groene gevels. Door hier slim gebruik van te maken, kunnen ondernemers kosten besparen en risico’s voorkomen.

Vergroening kan er volgens Jelle ook voor zorgen dat bedrijventerreinen meer onderdeel worden van de leefomgeving. En dat biedt groene en blauwe kansen. Voor bedrijven en omwonenden, maar ook voor vastgoedeigenaren, werknemers en lokale overheden. “Verbind zo’n bedrijventerrein met de leefomgeving met wandel- en fietspaden, zet er horeca neer, bankjes en vergroen het”, stelt Jelle voor. “Fijn voor de mensen die er werken en/of die in de buurt wonen. Want groen werkt stressverlagend en heeft een positief effect op de mentale gezondheid.” Bedrijven varen er ook wel bij. “Bedrijventerreinen zijn in de afgelopen honderd jaar steeds meer naar de rand van steden verdreven”, aldus Jelle. “Mensen willen niet meer in van de buitenwereld afgesloten eilandjes werken. Een multifunctionele groene werkomgeving maakt het voor een bedrijf makkelijker om nieuwe werknemers aan te trekken.”

Voor eigenaren van bedrijventerreinen biedt het ook voordelen. Uit onderzoek blijkt dat de vastgoedwaarde hoger wordt en de leegstand op kwalitatief goede bedrijventerreinen met bovengemiddeld veel groen lager is dan op versteende bedrijventerreinen. En dat is weer mooi voor de gemeente. Want zo’n multifunctioneel gebied heeft een hogere toekomstwaarde.” Veel bedrijventerreinen grenzen bovendien aan Natura 2000-gebieden. “Met ecologische verbindingen met deze gebieden zorg je voor meer biodiversiteit”, stelt Jelle. “En juist die staat onder druk in ons land.”

Waarde van bedrijventerreinen lange tijd genegeerd

Waarom is er zo lang niets gebeurd als er zoveel kansen liggen? “Dit komt door het falen van de markt en het systeem”, legt Jelle uit. “De technische en fysieke mogelijkheden voor vergroening van bedrijven zijn er. Uit het rapport van Arcadis blijkt bovendien een sterke indicatie dat de business case in de meeste gevallen positief uitpakt. En toch gebeurt het niet. Ondernemers zijn zich er onvoldoende bewust van dat zij zelf ook kunnen bijdragen aan vergroenen. En dat groen ook financieel iets kan opleveren. Het gaat om risico’s en kansen erkennen en herkennen. Hoeveel waterschade voorkom je als je meer groen toevoegt dat water kan bergen? Hoeveel airco’s kun je dan besparen? Wat is het effect van vergroening op de vastgoedwaarde van je bedrijf op de lange termijn? Neem je dat mee in je business case, dan wordt investeren in groen opeens wel rendabel.”

Maar ook is het systeem niet eerlijk ingericht. De partij die investeert, is niet altijd de partij die het meeste profiteert. Jelle: “Stel: een bedrijf investeert enorm in vergroening. Daar profiteert het bedrijf van, maar ook de omwonenden, de gemeente en de andere bedrijven in de omgeving. Maar die betalen niet mee.”

Platte daken-kaart

Groene daken zorgen voor verkoeling en dienen als natuurlijke waterbuffers. Veel bedrijven hebben platte daken. Dat zien we ook bij het eerder genoemde bedrijventerrein Hurk, er liggen duidelijk groene kansen.

Geldstroom ombuigen van grijs naar groen

Hoe kun je ondernemers meer bewust maken van de kansen die groen biedt en het systeem eerlijker inrichten? Door de baten van groen in getallen uit te drukken. Rebel Group ontwikkelde een dashboard voor het bedrijventerrein Zichtenburg-Kerketuinen-Dekkershoek in Den Haag om groeninvesteringen om te zetten naar concrete baten. Mark Bode is directeur van Rebel Group en al sinds het begin betrokken bij Werklandschappen van de Toekomst. Hij vertelt: “Groen werd jarenlang vooral esthetisch gezien. Als iets wat geld kost in aanleg en beheer. Wij maken inzichtelijk dat groen ook geld oplevert."

ZKD op Groenkaart en kaart Waterbergend vermogen ondergrond

Op de Groenkaart op de Atlas Natuurlijk Kapitaal zie je het bedrijventerrein ZKD in Den Haag grijs oplichten in een relatief groene omgeving. Op de kaart Waterbergend vermogen ondergrond zie je de gebieden Zichtenberg en Kerketuinen als rode vierkanten oplichten.

Wateroverlast is één van de grootste uitdagingen op het ZKD-bedrijventerrein. Uit de NL Omgevingsscan van NL Greenlabel blijkt dat 33% procent van de gebouwen een verhoogde kans heeft op waterschade bij een hevige bui. “Op het dashboard brachten we alle kosten en baten in kaart”, vervolgt Mark. “Maar ook wie voor de baten betaalt en wie ervan profiteert.” De baten bleken groter dan de investeringen. Het voorkomen van waterschade leverde de grootste bijdrage. “Als je een versteende omgeving vergroent, kan het oppervlak meer water bergen”, legt Mark uit. “Bedrijven lopen zo minder risico bij wateroverlast en besparen kosten. De druk op het riool verlaagt en er wordt geld bespaard voor waterzuiveringskosten. Maar wie investeert het meest en wie profiteert het meest? Door dit inzichtelijk te maken, kun je een eerlijkere verdeling maken om zo samen de geldstroom om te buigen van grijs naar groen.”

Meer kennis nodig over de baten van groen

Wel moet er meer kennis komen over de baten van groen. “Uit diverse onderzoeken blijkt dat groen een positief effect heeft op de gezondheid van mensen”, stelt Mark. “Maar specifiek voor bedrijventerreinen helpt het als er meer gezondheidsgegevens bekend worden. Daar willen we samen met NL Green Label, VU Vrije Universiteit Amsterdam (Vrije Universiteit Amsterdam) Amsterdam en RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) verandering in brengen. Juist aan die preventieve gezondsheidskant is winst te boeken.”

Skateboard

Het RIVM onderzocht in 2019 hoe investeringen in groen en blauw bijdragen aan het welzijn van Amsterdammers. Met de Groene Baten Planner berekende het RIVM vier vergroeningsscenario’s. Deze tool berekent de maatschappelijke en financiële waarde van groen voor de leefomgeving. De uitkomsten woog ze af tegen het ‘business as usual’-scenario: geen investeringen in groen, maar wel een groei van Amsterdam in 2025 met 70.000 inwoners. Uit het onderzoek bleek dat de vermeden kosten voor gezondheid kunnen oplopen tot een euro per vierkante meter per jaar. Ook kunnen met meer groen 3000 bezoeken aan een huisarts voorkomen worden.

“We verwachten dat voor bedrijventerreinen de baten van groen voor de gezondheid van medewerkers ook hoog zijn”, stelt Mark. “Denk aan een hogere productiviteit en minder langdurig uitval. Maar of dat echt zo is, willen we gaan onderzoeken. Niet alleen voor gezondheid, maar ook voor andere baten zoals bijvoorbeeld biodiversiteit. Door gebieden te vergroenen en de effecten daarvan te monitoren, krijgen we steeds meer data en dus kennis. Bedrijventerreinen kunnen zo van elkaar leren en hoeven niet telkens het wiel opnieuw uit te vinden."

Met gebiedslabels naar nieuwe norm

Het inzichtelijk en kwantificeerbaar maken van de baten van groen is een belangrijke eerste stap in het doorbreken van het markt- en systeemfalen”, stelt Jelle. “Maar alles staat of valt bij een goede samenwerking. Er zijn vaak versnipperde belangen. Als je de private belangen van bedrijven weet te verbinden met de publieke belangen van waterschappen, provincies en gemeenten, biedt dit kansen. En als je dezelfde taal spreekt en dezelfde onderbouwingen en tools gebruikt, dan wordt het ook bijvoorbeeld voor banken makkelijker om in te stappen.

Met gebiedslabels wil Werklandschappen van de Toekomst naar een nieuwe norm toe. “Wij willen jaarlijks gaan rapporteren over de opbrengsten van groen. Wat is per jaar de toegenomen waarde van vastgoed, biodiversiteit, opvangen van de gevolgen van klimaatverandering, leefbaarheid en gezondheid? Bedrijventerreinen krijgen dan een gebiedslabel, net zoals de energielabels voor woningen. Stel, je terrein valt nu binnen label F. Wat moet je dan doen om label B te krijgen? Met ons programma kijken we dan hoe we bedrijven kunnen helpen.”

Aan de slag in vier proeftuinen en tien ambassadeursgebieden

Vanaf de zomer van 2023 gaat de eerste fase van het programma in”, licht Jelle toe. “We gaan in vier proeftuinen (‘living labs’) op 10 ambassadeursterreinen en meerdere partnerterreinen aan de slag. In de living labs gaan wij de effectiviteit van maatregelen als groene gevels en groene daken onderzoeken. Samen met drie universiteiten, vier hogescholen en grote mbo-partijen. Met zes provincies willen we een Green Deal sluiten om samen te leren en ontwikkelen. Vervolgens willen we die kennis breed gaan delen. Regio’s kunnen dan ook instappen."

Groene daken

Op naar een groene toekomst

"Het is een prachtig programma”, besluit Mark. “We werken met zoveel partijen samen. Door data te verzamelen en te onderzoeken, weten we straks echt wat wel en niet werkt. Er zit nu ook zoveel energie in het programma. Die energie willen we vasthouden om zo samen een gigantische sprong vooruit maken. Zodat groen niet meer weg te denken is uit onze werkomgeving en de waarde van groen voor altijd een plek krijgt in de businesscase van bedrijventerreinen.” Dit kan Jelle alleen maar beamen. “Ik ben tevreden als we over negen jaar denken: ongelofelijk. Kun je voorstellen dat het ooit zo was? Als ik dan over dat bedrijventerrein in Amsterdam-West fiets en in plaats van grijs beton een groene oase zie. Dat we met z’n allen de omslag hebben gemaakt naar die groene manier van financieren en ontwerpen met nieuwe normen en slimme oplossingen. Hoe mooi zou het zijn als straks niet alleen 1000 bedrijventerreinen, maar alle Nederlandse bedrijventerreinen aan die groene revolutie mee gaan doen?”

Ook meedoen met Werklandschappen van de Toekomst?

Wil jij of jouw organisatie meebewegen met Werklandschappen van de Toekomst? Dat kan! Meld je aan op de pagina Werk mee op Werklandschappen van de Toekomst. Je vindt er meer informatie over het programma, maar ook tips en inspiratie om zelf aan de slag te gaan. Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen via de LinkedIn-pagina van Werklandschappen van de Toekomst.

Kijk ook eens op de website Natuurlijk Kapitaal van MVO Nederland. Daar vind je inspiratie, stappenplannen en praktijkvoorbeelden over het vergoenen van bedrijventerreinen.

Aan de slag met de Groene Baten Planner?

Het RIVM stelt de modellen achter de Groene Baten Planner voor iedereen beschikbaar via de GPD GBP API (Application Programming InterFace). Zo kun je de baten van vergroeningsmaatregelen doorrekenen en driedimensionaal bekijken. Je ziet dan welk effect vergroeningsmaatregelen hebben op de waterberging, de gezondheid van inwoners en het reduceren van hittestress in een bepaald gebied. Verschillende platformen (onder andere ESRI, Tygron en 3D cityplanner) stellen de Groene Baten Planner in hun stadsplanner direct beschikbaar voor gebruik. Kijk voor meer informatie op Groene Baten Planner op de website Atlas Natuurlijk Kapitaal.

Meer lezen?

Foto's: Vincent van Zalinge, Unsplash